HOUTEN – De gemeente Houten treedt strenger op tegen projectontwikkelaars die de afgesproken 30% sociale huur in nieuwbouwprojecten niet realiseren. Voortaan krijgen zij een duidelijke keuze: óf zij bouwen daadwerkelijk sociale huurwoningen, óf zij dragen een percentage van de opbrengst af aan de gemeente.
Met dat geld kan de gemeente vervolgens een woningbouwvereniging helpen om sociale huurwoningen te realiseren. “Dit zogenoemde Vereveningsfonds werkt goed in andere gemeenten”, vertelt wethouder Vermeulen. “Projectontwikkelaars bouwen liever geen sociale huur. Dezelfde bouwkosten, veel minder inkomsten. Ze vergeten dat er ook gebouwd moet worden voor mensen die nooit iets kunnen kopen.”
Eigen schuld
Dat er nu vrijwel geen sociale huur wordt gebouwd, dankt de gemeenteraad aan zichzelf. “Toen de Doelgroepenverordening werd vastgesteld, steunde een meerderheid van de raad een amendement. Daarin werd de eis om 30% sociale huur in elk project te bouwen losgelaten. Daardoor kunnen we nu geen harde eisen stellen.” De reden dat de meerderheid het amendement steunde, was toen omdat er bijna niets gebouwd werd. De raad wilde het de projectontwikkelaars niet te moeilijk maken, om de woningbouw zo snel mogelijk vlot te trekken.
Acht tot tien jaar
In de bestemmingsreserve Volkshuisvesting zit 3,9 miljoen euro. “Dat geld gaan we ook alvast gebruiken om sociale huurwoningen te laten bouwen. De wachttijd voor een sociale huurwoning is nu 8 tot 10 jaar. Dertigers wonen nog bij hun ouders. Daar willen we zo snel mogelijk iets aan doen. Als het met woningbouwvereniging Woonin niet lukt, dan gaan we in zee met een andere woningbouwvereniging.”
Foto: Ageeth Vernooij