HOUTEN/NIEUWEGEIN – De toekomstvisie ‘Groen groeit mee’ is klaar. Daarin staan de plannen voor het buitengebied in het zuidoosten van de provincie tot 2040. Belangrijkste conclusie: in het buitengebied is weinig plaats voor woningbouw. Wel voor meer recreatie en natuurbeleving. Pas na 2040 gaat men kijken naar combinaties van woningbouw en recreatie.
De provincie Utrecht, Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) en de gemeenten Bunnik, Houten, Nieuwegein, Zeist en Utrecht besloten met de inwoners en organisaties te gaan praten over de toekomst van het buitengebied. Al snel bleek dat men veel meer wil dan er ruimte is. Daarom zijn er randvoorwaarden vastgesteld.
Urgentie
Een aantal knelpunten zijn zo urgent dat ze binnen vijf jaar aangepakt worden. De eerste zijn de vele barrières van snelwegen, provinciale wegen, spoorwegen en rivieren. Daardoor kunnen zowel mens als dier moeilijk door het gebied bewegen. Ook de verbroken relatie tussen mens en natuur en tussen stad en platteland moet met spoed hersteld worden.
Meer recreatie
Belangrijkste conclusie uit het concept-rapport is dat er veel te weinig mogelijkheden zijn om te recreëren. Om dit te verbeteren wordt er tussen Nieuwegein, Houten en Utrecht het nieuwe recreatiegebied ‘Centraal landschapspark Laagraven’ ontwikkeld. Daarvoor moet het gebied toegankelijker gemaakt worden voor een ommetje vanuit de steden. Hiervoor wil men snel bruggen en tunnels naar het gebied aanleggen. Het aantal trekpleisters en streekeigen attracties moet ook omhoog.
Streekproducten en waterberging
Van alles wat de landbouwers in dit gebied produceren, wordt slechts een fractie ook lokaal geconsumeerd. Dat moet veranderen. Een aantal initiatieven zijn al gestart, om lokale producten in de lokale supermarkten te krijgen. Dat wil men uitbreiden. Verder blijkt de waterstand in Houten-Oost structureel te laag. In dit gebied komt een waterberging, om in tijden van droogte het waterpeil te verhogen. Dat wil men combineren met recreatie/natuurbeleving. De deur naar woningbouw in Houten-Oost staat wel nog op een kier: dat maakt het financieel haalbaar om oude landschapselementen aldaar te herstellen.
Foto: gemeente Nieuwegein
