IJSSELSTEIN – De een wil bij de politie, de ander wil lopen zonder last en weer een ander komt vooral voor de gezelligheid. Op vrijdagochtend verzamelt een divers gezelschap Lekstromers zich in de Utrechtsestraat in IJsselstein voor een uurtje hardlopen. In deze (zondag)serie van Omroep Lekstroom volgen we verschillende inwoners op hun weg naar de Linschotenloop op 20 december.
Lees ook deel 1, 2, 3, 4 en 5, 6 en 7 van de serie.
Voor de beginnende lopers of de herintreders sluit Elma de training vaak af met een theorielesje. Daarin heeft ze het onder meer over haar expertise: voeding. Over wat je wel en vooral niet moet eten voor de training. Het belangrijkste devies: licht ontbijten.
Dat nam Chantal (43) ter harte. Nadat het na de eerste les besproken was, ontbeet ze de volgende keer op vrijdagochtend met een cracker met hüttenkäse – waar ze eerder twee boterhammen met kip wegzette. Een groot verschil merkt ze niet, want last had ze al niet. Maar iets lichter ontbijten voor het sporten houdt ze erin.
Spieren afbreken
“Het is handig om in ieder geval iéts te eten”, legt Elma uit. Wat dat precies is, maakt niet eens zo heel veel uit. “De een vindt een boterham fijn, de ander yoghurt met muesli. Je hebt wat energie nodig. Ook ’s nachts verbruik je dat. En als je te weinig energie hebt om te sporten, ga je eiwitten – en daarmee je spieren afbreken.” Té zwaar ontbijten moet je ook niet doen. “Als je rent, schudt alles heen en weer wat in je maag zit. Het maakt nogal uit wat dat is.” Verstandig is om direct na het sporten bijvoorbeeld een banaan te eten, om je voorraden weer aan te vullen.
Door tijdgebrek heeft Lisa (21) ’s ochtends niet kunnen ontbijten voor de training. “Een korte training overleef ik wel zonder ontbijt, maar dit vind ik heftig”, verzucht ze. Kwark is haar powerfood. “Als ik daar na de training een bakje van neem, ben ik er weer”, voorspelt ze.
Mijlpaal
Lisa haalde recent een nieuwe mijlpaal: voor het eerst rende ze drie kilometer zonder onderbreking. Dat was op een zondagavond, toen ze de vrijdag niet met de loopgroep mee kon. “Ik vond het heel chill! Het liep heel lekker. Ik denk dat ik toch iets sneller ging in m’n eentj, want dan praat ik niet. En het was ook gewoon lekker rustgevend.” Als kers op de taart pakte ze een prachtige zonsondergang mee vanaf de Broeksdijk. “Volgende keer probeer ik een iets lager tempo, zodat ik 5 kilometer vol kan houden.”
Ze ligt prima op schema voor de eis voor de Coopertest die ze moet halen om toegelaten te worden tot de Politieacademie. Misschien zou ze hem zelfs nu al redden. Maar eerst maar dat diploma halen.
(wordt vervolgd)
Foto: Dirk Hooijer.













