Ga naar de inhoud

Minder onweersbuien in de Lekstroomregio dan in andere regio’s?

LEKSTROOM REGIO De media stonden er vol mee: het waren uitzonderlijk hete dagen, zo aan het begin van juli. In sommige regio’s werd de hitte verdreven door flinke onweersbuien. Toch trok er geen onweersbui over onze regio en bleven flinke regenbuien uit. Zit daar een reden achter?

Of er stevige buien – en zelfs onweer – ontstaan, hangt ook af van de soort grond in een gebied. Zo warmt zandgrond bijvoorbeeld sneller op dan veen, wat kan zorgen voor snellere onweersvorming.

Even een aardrijkskundelesje: in Lopik vind je vooral veen. In de andere plaatsen – IJsselstein, Houten en Nieuwegein – vind je juist wat meer zand. In theorie zou daar dus wel sneller onweer ontstaan, omdat die grond heter wordt.

Toch zegt Peter Siegmund, klimaatexpert bij het KNMI, dat er eigenlijk geen reden is om aan te nemen dat de Lekstroomregio meer of minder onweersbuien krijgt dan andere regio’s.

Water heeft weinig effect
“Je zou verwachten dat water een enorm temperatuureffect heeft, wat invloed zou hebben op de (onweers)buivorming. Maar het effect van dat water is klein.”

Het KNMI heeft wel 300 meetstations in Nederland die onder andere de luchtstromen en regenval vrij gedetailleerd in kaart brengen.

Siegmund keek onlangs naar het effect van het IJsselmeer op het klimaat. En wat bleek? Ook daar was het effect zeer klein. “Voor rivieren zoals de Lek is het effect nog kleiner.”

Regen in de Lekstroomregio: minder dan gemiddeld
Omdat het Lekstroomgebied minder heuvels of gebouwen heeft, is er gemiddeld gezien minder kans op neerslag. Bij verhogingen in het landschap wordt de lucht omhoog gedwongen, wat leidt tot wrijving van warme en koude lucht en tot verdamping.

In steden regent het dus meer, vanwege het omgekeerde effect. Maar ook in de Veluwe kan meer neerslag vallen, door de wisselende landschapshoogtes.

Tekst gaat verder onder de foto. 

Neerslag in Nederland

Onweersbuien: hoe ontstaan die ook alweer?
Onweer ontstaat door de wrijving van luchtstromen: warme lucht en koude lucht. Bij onweer moet de warme lucht wel tot 12 kilometer omhoog stijgen in de atmosfeer. Daarom komt onweer vaak voor in de zomer, bij warme en vochtige lucht. Maar ook in de winter kan er een grote onweersbui vallen. Dat gebeurt bijvoorbeeld als er een plotselinge overgang is naar koude lucht.

Foto: ter illustratie

Bericht delen

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp

Meer nieuws

ik heb een

TIP voor de redactie

bel of mail mij gerust als er nog vragen zijn

Nieuws voortaan ook via onze app?

DOWNLOAD ONZE APP

Wil je als eerste op de hoogte zijn van het nieuws in je regio, download dan onze nieuwsapp.
 Naast het laatste nieuws ook veel andere nuttige zaken.
Luister naar onze radio, bekijk onze video’s en nog veel meer.

Stuur een bericht aan de radiostudio

Ik heb en vraag of verzoek

Ja, ik wil vrijwilliger worden bij omroep Lekstroom

Stuur mij een intake formulier

video
play-sharp-fill

ik heb een

TIP voor de redactie

bel of mail mij gerust als er nog vragen zijn