LEKSTROOM REGIO – Zodra het gras begint te groeien en de zon zich vaker laat zien, duikt er elk voorjaar een geniepig probleem op: het kruipertje. De stekelige aren van dit plantje zijn gevaarlijk voor honden. Ze kunnen vastklemmen in de vacht van de honden, of de pootjes, klaar om pijn te zaaien.
Misschien ken je ze wel, die plantjes die op je huid of kleren blijven plakken. De soort stekels op de plant noemen ze aren. Op deze specifieke grasaren zitten weerhaken, waardoor ze vast blijven zitten in de huid van honden. Deze aren zijn pijnlijk voor de beesten, want door deze weerhaken komt de aar er amper meer uit. Blijft de aar erin zitten, dan kan die gaan ontsteken, wat erg gevaarlijk is voor de honden. In het ergste geval kunnen ze overlijden.
Dierenkliniek Wulven krijgt in deze periode steeds meer meldingen van honden die last hebben van het geniepige plantje. “In de loop van de lente groeit het aantal honden dat zich met baasje meldt. De grasaren kunnen overal vast komen te zitten bij een hond. Niet alleen aan de vacht, maar ook in de neus of keel. Dit veroorzaakt hoesten en opzwelling, wat door een operatie verwijderd moet worden,” vertelt medewerker Simone Vink.
Net onkruid
Het plantje is net als onkruid: het komt overal en gaat niet weg als het je te pakken hebt. Je vindt het tussen het doodnormale gras, maar ook in bosjes en struiken. Ze vinden vaak de plekken waar mest komt, bijvoorbeeld door hondenpoep, erg fijn om te groeien. Als het maar droog en warm is, dan is dit plantje voorzien. Meerdere dierenartsen in de regio krijgen ermee te maken. Maar hoe kun je het voorkomen? “Het vastzitten gebeurt vaak in een lange vacht, dus trimmen kan de honden erg helpen. Het is vooral belangrijk om goed te voelen na elke wandeling. Gewoon even voelen of er nergens harde stukken zijn in de vacht,” vertellen verschillende dierenklinieken.
Waarschuwing
De gemeente Houten waarschuwt hondeneigenaren voor het venijnige plantje. “Speciale maairondes alleen voor deze kruipers zijn haast niet te doen, het zijn er zó veel. Maar als je zelf een tangetje meeneemt tijdens het uitlaten, kun je er meteen eentje wegknippen als je hem spot,” tipt Peter van Wieringen, technisch medewerker groen van de gemeente. In het waarschuwingsbericht roept de gemeente op om altijd de uitwerpselen van je huisdier op te ruimen. Dat helpt om de verspreiding van het plantje te beperken. Maar de allerbelangrijkste boodschap blijft toch: checken, checken en nog eens checken!
Foto: Tijl Schraa
